Weer : Bewolkt, Wind NW 2 bft.
Duikers : Gery, Herman, Flip, Axel
Doel : Rondkijken.
Duur : 59 minuten.
Lucht temp : 3,0 Celsius
Water temp : 7 Celsius minimum.
Fauna : >10 Palingen, baarsjes verscholen in holten, 1 schubkarper en een gevalletje
Flora : Waterpest, Potamogeton pectinatus (grasachtige plantjes)
Thermocline: Geen
Vislood: 0 gram.
Zichtmetingen
· Dutchi op 3 mtr = –,0 meter.
· Secchi op 3 mtr = –,0 meter.
· Dutchi op 6 mtr = –,0 meter.
· Secchi op 6 mtr = -,0 meter.
· Dutchi op 9 mtr = -,0 meter.
· Secchi op 9 mtr = –,0 meter.
Zie alle foto’s van deze duik.
Opmerkingen:
De parkeerplaats staat zeker niet vol met auto’s van duikers. De laagstaande zon geeft een mooie witgele reflectie op het water.
We zijn vandaag weer eens van plan de put in te gaan en daar lekker rond te kijken, want het zicht is goed en dus komt het zonlicht ook goed op diepte. Al snel kom ik een eerste paling tegen die alleen met zijn koppie net boven de modder uitsteekt. Het kijkt me met enorme grote ogen aan en ik moet gelijk denken aan Gollem van “The Lord of the rings”.
Na de eerste foto trekt ie zich terug zijn holletje in.
We trekken over het 12 meter rif heen en ik wijk wat af naar het ZZO maar Gery dwingt me mijn koers weer aan te passen naar de zuid. Bij elke grote blokkenpartij zien we wel een of meerdere palingen en die zijn zo te zien allemaal goed doorvoed. Sommige hebben zelfs dikke buiken. Dan vinden we op diepte een verschimmelde dode paling zonder kop. Ik zie deze stukken wel vaker in de put liggen en deze stukken lijken soms wel afgesneden. Nou ja de meerval blieft geen verschimmelde bende en hij/zij vreet het dus niet.
|
Verschimmeld stuk paling |
We slaan af en we turen de bodem af en ik hoop het stukje Nitellopsis weer te vinden om dit mee te nemen naar een ondiepte en het daar zeg maar te planten. Ik zie het niet. O ja weer een levende paling en nou ben ik eens gaan letten op de staarten, en die hebben een soort tekening die ook weer min of meer uniek is.
Ik ben alleen bang dat zoveel palingen een beste aanslag kunnen plegen op het jonge visbroed in 2015, want paling is verzot op visbroed. Aan de andere kant zal een rivierkreeft ook weinig kans maken om zich te vermeerderen en dat is dan weer een positief effect op een destructieve exoot die in staat is in grote getale een plantpopulatie kort te knippen en zo weer een vertroebeling tot stand kan brengen.
Nu zijn die driehoeksmosselen ook exoten die hier niet thuis horen, en het is de vraag wat het lange termijn effect daarvan is. Het is nu dan wel lekker helder, maar wat als er een tekort aan fytoplankton ontstaat, dan krijg je mogelijk een visarme heldere doodse plas.
Nu wil het geval dat Karpers niet vies zijn van mosselen en deze met hun keeltanden kunnen kraken. Zei ik keeltanden, “jazeker” keeltanden. Op de lippen en mond hebben ze papillen die zorgen voor een uitstekende smaak en reukvermogen. Daarmee filtert de karper het opgezogen sediment naar larven en soms een mosseltje. Als je goed oplet zie je soms tussen kleiblokken allemaal gebroken mosselschalen. Mogelijk is dat een karper geweest.
We duiken verder en komen puntlipje tegen, althans Herman en Flip spotten het als eerste.
Kek beesie en het zwemt helaas weg. Gelukkig hebben we de foto’s nog.
Daarna pak ik mijn monsterflesjes en haal van een meter of 17 een sediment monstertje tussen twee palingen weg. Ik blijf die blokken klei magisch mooi vinden.
De ankerlijn van het NW ponton ligt los op de bodem en dus hangt dit ponton nog maar aan twee kabels in plaats van drie. Dat verklaard het brede sporenveld van de kabel die naar de kant gaat.
Op de 11 meter vlakte zie ik een veld van mosselen. Dat is het zelfde veld waar ook nog vaak waterpest te vinden is, maar in dit geval niet.
Weer een paling. Rechts van mij zie ik een eilanden groepje kleibonken liggen.
Gery heeft er nu wel genoeg van zie ik en ze zwemt lekker door. We komen uit in de noordelijke hoek en we houden een afgesproken stop op 6 meter die we 2 minuten uitzwemmen om vervolgens naar 3 meter te stijgen. Daar maak ik een foto van de drum die te boek staat als Meetpunt 7 (Ga naar MP7) . Rond deze drum veranderd de bodem continue, terwijl de bodem niet echt steil is.
We komen nog een verdwaalde slanke karper tegen. Dan wordt het tijd om de kant op de zoeken. Flip staat te rillen, Gery haar handen zijn gevoelloos en Herman en ik hebben het comfortabel. Nou ja mijn voeten zijn koud, maar het voelt niet vervelend.
Er komen drie koud water zwemmers aan die na 20 minuten koud beginnen te worden.
Ongelooflijk maar waar.
Eenmaal op de kant kom ik Walther tegen die een worst staat weg te kauwen. Zijn team heeft maar 1 paling gezien. Ik vraag me af hoe dat kan, want wij struikelden erover met nog een gladhuid bonusvis op de koop toe.
Eenmaal thuis bekijk ik het sedimentmonster onder de microscoop en ik zie enige herkenbare organismen. Een “Staurastrum” een minuscuul klein driepootje zeg maar, wat een soort alg is.
|
Staurastrum |
Verder zie ik nog een soort ciliaat oftewel een klein worstachtig organisme met trilharen.
En als laatste herkenbare een poot of antenne van een roeipootkreeftje of watervlo.
Voor de rest zitten er wat hele kleine bewegende bacterien en groenbruine ophopingen, wat het sediment opmaakt.
Wat ik niet kan thuisbrengen zijn flinterdunne filamenten die bewegen en zoeken en nee het komt niet door het water wat in beweging is tussen het dekglaasje en het preparaatglas, want alles eromheen ligt stil.
Ook dit was weer een heerlijke duik en een mooie hekkensluiter voor dit jaar.
Update 02-01-2015 In het sediment monster zijn roeipootkreeftjes zichtbaar geworden en zwemmen druk rond in het potje nadat het sediment was bezonken.